'Belasting over de toegevoegde waarde' en 'omzetbelasting' worden vaak door elkaar gebruikt. Personen hoeven het verschil misschien niet te kennen, maar ondernemingen moeten wel het verschil zien, niet in de laatste plaats voor een nauwkeurige facturatie.

In dit artikel leer je wat btw en omzetbelasting zijn, hoe ze zich historisch hebben ontwikkeld en hoe ze verschillen. We zullen ook de vraag beantwoorden over welke term we op facturen moeten gebruiken.

Wat staat er in dit artikel?

• Wat is belasting over de toegevoegde waarde (btw)?
  
• Wat is omzetbelasting?
  
• Wat is het verschil tussen btw en omzetbelasting?
  
• De historische ontwikkeling van btw in Duitsland
  
• Staat er btw of omzetbelasting op een factuur?
  

Wat is belasting over de toegevoegde waarde (btw)?

Belasting over de toegevoegde waarde, of btw (Mehrwertsteuer), is een accijns die wordt geheven op de verkoop van producten en diensten. In tegenstelling tot directe belastingen, zoals inkomstenbelasting, innen verkopers btw indirect door deze in de eindprijs op te nemen. Uiteindelijk draagt de consument deze last, die uitsluitend van toepassing is op de aanschaf of het gebruik van een dienst. Ondernemingen treden op als tussenpersoon, innen de heffing bij hun klanten en dragen deze af aan de belastingdienst.

De term 'belasting over de toegevoegde waarde' verwijst naar het onderliggende principe van incrementele waarde: ondernemingen betalen belasting over de toegevoegde waarde die ze creëren door hun aanbod te verkopen. Dit is vergelijkbaar met de btw in Engelstalige landen en kan vrij worden vertaald als 'belasting over de toegevoegde waarde'. Het Duitse belastingrecht gebruikt deze uitdrukking niet, maar gebruikt omzetbelasting en voorbelasting(Vorsteuer).

Wat is omzetbelasting?

Terwijl btw verwijst naar het hele proces waarbij heffingen worden geheven op de incrementele waarde die door een product of dienst wordt gecreëerd, verwijst omzetbelasting alleen naar het deel dat door ondernemingen wordt betaald. Alle ondernemingen in Duitsland die belastbare transacties genereren, brengen meestal omzetbelasting in rekening over hun goederen en diensten. Dit door de klanten betaalde bedrag geven de ondernemingen uiteindelijk door aan de belastingdienst (sectie 1, lid 1, nr. 1 van de Duitse btw-wet [UStG]).

In Duitsland bevat de UStG btw-bepalingen. De wet regelt hoe deze verplichtingen moeten worden berekend, geheven en betaald. Het wettelijke belastingtarief bedraagt momenteel 19% (sectie 12, lid 1, UStG). Voor bepaalde goederen en diensten die de UStG classificeert als belangrijk voor dagelijkse behoeften, geldt een verlaagd tarief van 7%. Deze bevatten onder andere basisvoedingsmiddelen en openbaar vervoer. Bovendien zijn sommige diensten volledig vrijgesteld van btw, waaronder onderwijsproducten, verzekeringspolissen en verkoop in de lucht- en scheepvaart. Raadpleeg ons relevante artikel voor meer informatie over btw-tarieven.

In beginsel zijn kleine ondernemingen vrijgesteld van verschuldigde omzetbelasting. Volgens sectie 19 van de UStG vallen deze ondernemingen onder een jaarlijkse omzetgrens en nemen zij vrijwillig de status van kleine onderneming aan. Als dit het geval is, zien ze af van de standaardbelasting. De grens voor kleine ondernemingen is in 2025 gewijzigd: vanaf dit jaar moeten kleine ondernemingen een jaarinkomen hebben van minder dan € 25.000 netto in het voorgaande jaar en niet meer dan € 100.000 netto in het lopende jaar. De status van een kleine onderneming vervalt zodra de inkomenslimieten in de huidige fiscale cyclus worden overschreden.

Wat is het verschil tussen btw en omzetbelasting?

'Belasting over de toegevoegde waarde' en 'omzetbelasting' worden vaak door elkaar gebruikt. Strikt genomen is btw echter een overkoepelende term die transactie- en inputkosten omvat.

Voorbelasting is het deel dat ondernemingen betalen aan leveranciers wanneer ze goederen of diensten kopen. Zij kunnen dit als beroepskosten aftrekken van hun handelingen, op voorwaarde dat zij recht hebben op aftrek van voorbelasting. Zij betalen alleen het verschil aan de fiscus. De btw is dus een terugkerende post in de B2B-sector: terwijl particuliere klanten de omzetbelasting zelf moeten betalen, kunnen ondernemingen het geheven bedrag als voorbelasting claimen.

Een overzicht van btw, omzetbelasting en voorbelasting

• Particulieren zijn verantwoordelijk voor het volledige bedrag van de omzetbelasting, aangezien zij geen aanspraak kunnen maken op aftrek van voorbelasting
  
• De btw die ondernemingen op hun facturen vermelden, wordt omzetbelasting genoemd
  
• De btw die een onderneming betaalt op aankopen, wordt voorbelasting genoemd
  
• Als onderdeel van de btw-aangifte kunnen ondernemingen de voorbelasting aftrekken van de omzetbelasting, zodat ze alleen het verschil aan de belastingdienst hoeven af te dragen
  

Als je het incassoproces wilt vereenvoudigen, kan Stripe Tax je helpen. Met één integratie worden je belastingbedragen voor internationale betalingen automatisch berekend en kun je ze direct opgeven. Tax geeft je ook toegang tot alle documenten die je nodig hebt voor terugbetalingsaanvragen.

De historische ontwikkeling van btw in Duitsland

De geschiedenis van de Duitse btw begint in 1916. Het Duitse Rijk had extra inkomsten nodig, mede door de Eerste Wereldoorlog. Om deze reden werd voor het eerst een zegelrecht van 0,1% geheven op de levering van goederen. Twee jaar later werd de UStG ingevoerd: de eerste algemene belasting op de omzet in het goederen- en dienstenverkeer.

In 1919 leidde de Reichsbelastingwet tot een verdere reorganisatie van deze wetten, waarbij de bruto omzetbelasting in alle fasen werd ingevoerd die op elke wederverkoop van goederen werd geheven. De accumulatie van omzetbelasting in de waardeketen leidde tot hoge lasten voor uitgebreide toeleveringsketens. Toch duurde de bruto omzetbelasting in alle fasen bijna 50 jaar. Het aanvankelijke tarief evolueerde van 0,5% naar 4%.

Het omzetbelastingstelsel werd in 1968 omgezet in btw om negatieve accumulatie-effecten te voorkomen en ondernemingen financieel te ontlasten. Er werd een gefaseerde netto omzetbelasting met aftrek van voorbelasting ingevoerd. Bij deze zogenaamde btw wordt alleen de door de onderneming toegevoegde waarde belast. Dit wordt dus slechts één keer betaald door degenen die de dienst ontvangen: consumenten betalen het volledige bedrag. Aan de andere kant kunnen ondernemingen die recht hebben op aftrek van voorbelasting de als zodanig betaalde btw terugvorderen van het betrokken kantoor. Het beginsel van de toegevoegde waarde is bedoeld om inkomsten en uitgaven met elkaar in evenwicht te brengen.

In 1968 bedroeg het normale belastingtarief 10% en het verlaagde tarief 5%. Beide percentages stegen verschillende keren in de komende 30 jaar, tot respectievelijk 16% en 7% in 1998. Het huidige niveau van 19% is van kracht sinds 2007, na de laatste wetswijziging.

Staat er btw of omzetbelasting op een factuur?

'Omzetbelasting' moet op facturen worden vermeld. Hoewel het verschil in het dagelijks leven vaak alleen taalkundig is, wordt voor ondernemingen juridische precisie aanbevolen. Het gebruik van de juiste term voorkomt mogelijke complicaties. Strikt genomen kan het gebruik van de verkeerde terminologie de aftrek van voorbelasting verhinderen. Bovendien signaleert het precieze woordgebruik professionaliteit en fiscale correctheid aan zakenpartners en de autoriteiten.

In de praktijk wordt er echter nog steeds 'btw' afgegeven in plaats van 'omzetbelasting'. De belastingdienst maakt daar over het algemeen geen bezwaar tegen. Hierdoor is het niet nodig om al uitgegeven of ingediende facturen te corrigeren.

Als je je facturatieproces wilt vereenvoudigen en automatiseren, kijk dan eens naar Stripe Invoicing. Het platform zorgt ervoor dat uw facturen de volledige en correcte verplichte informatie bevatten volgens sectie 14 van het UStG. Het geautomatiseerde aanmaak- en leveringsproces versnelt ook je boekhouding. Met Invoicing kun je ook eenvoudig wereldwijd betalingen accepteren.