Digitale diensten zijn een belangrijk onderdeel van de groeiende e-commercesector. Daarom is het niet raar dat bedrijven diensten aanbieden buiten hun eigen land. Ontdek welke speciale belastingregels gelden bij de verkoop van digitale diensten in het buitenland en hoe je deze in je bedrijf kunt toepassen.
Wat staat er in dit artikel?
- Wat zijn digitale diensten?
- Belasting heffen op digitale diensten
- Digitale diensten voor bedrijven (B2B) in andere EU-landen
- Digitale diensten voor klanten (B2C) in andere EU-landen
- Belastingheffing voor klanten in derde landen
Wat zijn digitale diensten?
Digitale diensten worden gedefinieerd in artikel 327 BGB (Duits burgerlijk wetboek) en omvatten het aanbieden en leveren van digitale inhoud en diensten via internet en andere vergelijkbare elektronische media. Het gaat om diensten voor het gebruik en de opslag van gegevens die digitaal toegankelijk zijn, bijvoorbeeld via een onlineplatform.
Het aanbieden van digitale diensten is voor bedrijven een goedkope en makkelijk schaalbare manier om via internet omzet te genereren, omdat ze automatisch worden verwerkt en makkelijk te reproduceren zijn. Als best practices worden gevolgd, zijn er meestal geen extra productie- en personeelskosten meer nodig zodra digitale content beschikbaar is voor gebruik op een webplatform, behalve kosten zoals licentievergoedingen in het geval van streamingdiensten.
Veelvoorkomende digitale diensten zijn onder meer het aanbieden en leveren van:
- Digitale media voor streaming en downloaden (bijvoorbeeld afbeeldingen, video's, muziek, e-books, digitale televisie)
- Software en webapplicaties
- Websites en webhosting
- Databases en online opslag (clouddiensten)
- Online communicatiediensten zoals e-mail en messenger, plus sociale mediaplatforms
Belasting op digitale diensten
Als een bedrijf alleen in zijn eigen land diensten aanbiedt, geldt de btw-wetgeving van dat land. Maar vaak kiezen bedrijven ervoor om hun digitale diensten ook in het buitenland aan te bieden. Omdat dit via internet of een soortgelijk elektronisch medium gebeurt, maakt het niet uit waar het bedrijf zit voor de kosten van levering en opslag.
Als je digitale diensten in andere landen verkoopt, moet je de lokale btw-regels volgen. Maar er zijn ook een paar speciale EU-regels die gelden, afhankelijk van wie je klant is.
Digitale diensten voor bedrijven (B2B) in andere EU-landen
De belasting voor zakelijke klanten in andere EU-landen wordt geregeld door het verleggingsmechanisme. Dit betekent dat de belastingplicht van de leverancier en de klant wordt omgedraaid.
Als bijvoorbeeld een bedrijf in Duitsland diensten levert aan een bedrijf in België, wordt er geen btw op de factuur vermeld. In plaats daarvan neemt het Belgische bedrijf de belastingplicht voor de dienst op zich en kan het deze aangeven bij de Belgische belastingdienst. Het doel van deze regeling is om bureaucratische processen te vereenvoudigen en belastingfraude te voorkomen.
Een factuur met verleggingsregeling opstellen
Omdat de belastingplicht bij een verleggingsregeling naar de andere partij gaat, moeten facturen die naar een zakelijke klant in een ander EU-land worden gestuurd, een nettowaarde en geen btw vermelden. Naast de normale verplichte informatie moet de factuur ook de btw-identificatienummers van beide partijen bevatten en een verwijzing naar de verleggingsregeling, bijvoorbeeld 'Verleggingsregeling' of 'Lokale btw van toepassing'.
Digitale diensten voor klanten (B2C) in andere EU-landen
Als een bedrijf digitale diensten aanbiedt aan een particulier in een ander EU-land, moet op de factuur de btw staan die geldt op de plaats van levering. De plaats van levering is het land waar de dienst wordt geleverd, dus waar de klant woont. Dit betekent dat de dienst niet meer wordt belast volgens de nationale btw-wet, maar volgens de btw-regels die gelden op de plaats van levering. Met het oog op de bureaucratie die hierdoor ontstaat en de snelgroeiende e-commercesector (ongeveer 4,1 miljard gebruikers wereldwijd in 2022), heeft de EU de One Stop Shop-procedure ingevoerd.
Doel van de One Stop Shop (OSS)
De One Stop Shop is door de EU opgezet om de belastingheffing op verkoop op afstand (onlinehandel, digitale diensten) aan particulieren in andere EU-landen makkelijker te maken. De regel is in 2021 ingevoerd als onderdeel van het btw-pakket voor het digitale tijdperk. Bedrijven die bij de OSS zijn geregistreerd en in de EU zitten, hoeven hun btw niet meer op de verschillende plaatsen van levering aan hun klanten aan te geven en te betalen, maar kunnen dit in één keer bij hun eigen belastingdienst doen.
Voordelen van het OSS
Door gebruik te maken van het OSS kunnen online handelaren die diensten aanbieden in meerdere landen binnen de EU een hoop administratieve rompslomp vermijden. Zonder registratie bij het OSS-portaal zou een Duits bedrijf dat klanten in verschillende EU-landen bedient bijvoorbeeld in elk land voor btw moeten worden geregistreerd. Het OSS omzeilt de problemen van meerdere btw-aangiften, taalbarrières en het omgaan met verschillende betalingstermijnen. Het OSS-portaal brengt alle btw-afhandelingen samen op één platform, dat – afhankelijk van het EU-land – communiceert met de binnenlandse belastingdienst in het land van registratie.
Een ander voordeel is dat je geen facturen hoeft uit te geven. Bedrijven die hun verkopen op afstand in het OSS rapporteren, hoeven geen facturen aan klanten te sturen. Deze regel is in de hele EU ingevoerd om het gebruik van het OSS te stimuleren.
Wie komt in aanmerking voor het OSS?
De OSS-procedure kan worden gebruikt door elk bedrijf dat in de EU is geregistreerd. Het alternatief voor de OSS is dat verkopen apart worden belast in elk land waar de diensten worden geleverd.
De enige vereiste voor het gebruik van de OSS is dat de belastbare diensten op afstand worden verkocht aan particulieren binnen de EU. Het bestemmingsbeginsel is van toepassing. Met andere woorden, het aan te geven btw-tarief is het wettelijke tarief dat van toepassing is in het land van bestemming. Dit betekent bijvoorbeeld dat een Duits bedrijf dat digitale diensten levert aan een klant in België, het Belgische btw-tarief van 21% (vanaf 2023) moet aangeven.
Er zijn uitzonderingen voor bedrijven waarvan de jaarlijkse netto-omzet onder de ondergrens van 10.000 euro ligt. In die gevallen worden alle verkopen van grensoverschrijdende diensten belast in het eigen land van het bedrijf. Als deze ondergrens wordt overschreden, geldt het bestemmingsbeginsel.
Registratie voor het OSS
Bedrijven kunnen zich voor de OSS registreren door hun btw-nummer in te voeren op het online portaal van het Federale Centrale Belastingkantoor (BZSt). De OSS gaat in vanaf de eerste dag van het kwartaal na de aanvraag. Bedrijven moeten ernaar streven zich voor het einde van een kwartaal te registreren om vertraging te voorkomen.
Als het bedrijf al geregistreerd was voor de vorige MOSS-procedure (Mini One Stop Shop), hoeft het zich niet opnieuw te registreren, omdat dit automatisch is omgezet naar OSS.
Zodra een bedrijf is geregistreerd, kan het op elk moment via het portaal stoppen met het gebruik van de procedure. Annulering is mogelijk aan het begin van een belastingperiode (d.w.z. een nieuw kwartaal), mits de annuleringsperiode van 15 dagen in acht wordt genomen.
Als er gedurende twee jaar geen omzet via het OSS wordt gerapporteerd, kan de registratie van het bedrijf door het belastingkantoor worden opgeschort. Dit is ook het geval als een bedrijf de gebruiksvoorwaarden van het OSS schendt of herhaaldelijk nalaat om belastingaangiften in te dienen en de bijbehorende betalingen op tijd te verrichten. Het niet naleven van de OSS-voorschriften kan leiden tot een verbod van twee jaar op het gebruik van het systeem, dat geldt voor alle EU-landen.
Belastingaangiften met behulp van het OSS
Belastingaangiften worden elk kwartaal elektronisch ingediend via het OSS-portaal. De deadline voor aangiften is het einde van de maand na het betreffende belastingkwartaal. Met andere woorden, de volgende deadlines gelden voor de respectieve belastingperiodes:
- Eerste kwartaal: uiterlijk 30 april
- Tweede kwartaal: voor 31 juli
- Derde kwartaal: voor 31 oktober
- Vierde kwartaal: voor 31 januari van het volgende jaar
Deze deadlines gelden ook voor het betalen van de belasting die via het OSS aan de federale schatkist is gemeld.
Belastingaangiften moeten alle verkopen op afstand bevatten met het geldende btw-tarief van het EU-land waar de dienst is geleverd (met vrijstelling voor -bedrijven onder de ondergrens). Verkoopcijfers moeten in euro's worden vermeld. Bij het omrekenen van vreemde valuta's geldt de wisselkoers van de Europese Centrale Bank die op de laatste dag van het betreffende belastingkwartaal van toepassing is. Een belastingaangifte (met een omzet van nul) moet nog steeds op tijd worden ingediend, zelfs als er in een bepaald kwartaal geen OSS-verkopen zijn geregistreerd.
Alle documenten met betrekking tot verkopen via het OSS moeten tien jaar worden bewaard. Deze documenten moeten op verzoek van het betreffende belastingkantoor worden overgelegd. Het niet naleven van verplichtingen en termijnen kan leiden tot uitsluiting van het OSS.
Het aangeven van belasting via het OSS is een aanvullende btw-aangifte voor grensoverschrijdende diensten aan andere EU-landen. Alle verkopen die in eigen land zijn geregistreerd, moeten nog steeds in een aparte belastingaangifte aan het belastingkantoor worden gemeld.
Registreren voor voorbelasting
Het is niet mogelijk om via het OSS een aangifte voor voorbelasting in te dienen voor aankopen in andere EU-landen. Een aanvraag voor teruggaaf van voorbelasting moet worden ingediend bij het Federale Centrale Belastingkantoor.
Belastingheffing voor klanten in derde landen
Bedrijven die diensten leveren aan derde landen buiten de EU moeten zich aan speciale regels houden als het gaat om btw. De EU-regels voor verlegging en OSS zijn hier niet van toepassing. Maar in de meeste derde landen gelden soortgelijke regels.
Zo hoeft er bijvoorbeeld geen btw te worden aangegeven voor zakelijke klanten in derde landen als de dienst wordt geleverd door een bedrijf dat in de EU is gevestigd. Voor klanten blijft het bestemmingsbeginsel gelden, wat betekent dat de btw-wetgeving van de plaats van levering (het land van de klant) van toepassing is.
Voor meer info over het belasten van diensten voor klanten in derde landen kun je contact opnemen met de betreffende kamer van koophandel in het buitenland voor het betreffende land.
De inhoud van dit artikel is uitsluitend bedoeld voor algemene informatieve en educatieve doeleinden en mag niet worden opgevat als juridisch of fiscaal advies. Stripe verklaart of garandeert niet dat de informatie in dit artikel nauwkeurig, volledig, adequaat of actueel is. Voor aanbevelingen voor jouw specifieke situatie moet je het advies inwinnen van een bekwame, in je rechtsgebied bevoegde advocaat of accountant.